Alle hersentumor informatie

          

Voorkomen en behandelen van complicaties

hersentumor behandeling voorkomen complicatiesBij een hersenoperatie is een belangrijke taak van de neurochirurg het voorkomen en behandelen van eventuele complicaties die daarbij kunnen optreden. Deze complicaties kunnen worden veroorzaakt door de hersentumor zelf, maar ook door de behandeling. In dit artikel beschrijven we een aantal van die complicaties en maatregelen om deze complicaties tegen te gaan.

De neurochirurg zal met de patiënt bespreken welke risico’s er in zij/haar geval van toepassing zijn. Als de patiënt rookt, dan is een belangrijke algemene maatregel die de patiënt zelf zou moeten nemen om complicatiekansen te verlagen, het stoppen met roken.

Neurochirurgische complicaties en maatregelen

Hersenoedeem

Hersenweefsel is erg week en sponsachtig. Na geringe beschadiging daarvan kunnen de hersenen makkelijk opzwellen, net zoals bijvoorbeeld een gekneusde enkel ook gaat zwellen. Deze zwelling van de hersenen staat bekend als hersenoedeem.

Hersenoedeem kan door twee redenen ontstaan:

  • als een ontstekingsverschijnsel om de hersentumor
  • door beschadiging tijdens de operatie

Bij het genoemde voorbeeld van een enkelblessure heeft de zwelling geen ernstige gevolgen. Het is dan even lastig en heet wat tijd nodig om te genezen, maar het is niet echt een probleem, ook al zou de voet niet meer in de schoen passen. Bij de hersenen ligt dat wel even anders. Als de hersenen door oedeem opzwellen geeft de schedel niet mee en loopt de druk daar op. Hersenoedeem veroorzaakt daarom al snel hoofdpijn, misselijkheid en braken. Wanneer het oedeem ernstiger wordt kunnen bepaalde hersenfuncties in de knel raken. In extreme gevallen kan hierdoor een levensbedreigende situatie ontstaan waarbij de hersenstam ingeklemd raakt, en het bewustzijn en zelfs de ademhaling van de patiënt bedreigd wordt.

Om hersenoedeem tegen te gaan worden patiënten behandeld met bepaalde medicijnen, met name Dexamethason. Soms is er zelfs een nieuwe operatie nodig om ernstig oedeem en beklemming van de hersenen te behandelen.

Wondinfectie

De symptomen zijn:
  • roodheid
  • zwelling
  • kloppende pijn
  • warm aanvoelen van de operatiewond

Enige roodheid en zwelling zijn gewoon, omdat ze de tekenen zijn van de weefselreactie op de operatie. Hoewel altijd de uiterste zorg wordt besteed aan het voorkomen van infecties tijdens een operatie, blijkt dit helaas niet altijd te vermijden. Dit komt met name voor bij langdurige of gecompliceerde operaties, bij het inbrengen van lichaamsvreemd materiaal zoals bijvoorbeeld een shunt en verder bij mensen met een verlaagde weerstand tegen infecties. Uiteraard worden er maatregelen tegen genomen die in de meeste gevallen effect hebben.

Lekkage van liquor (hersenvocht)

Er kan hersenvocht, liquor genoemd, gaan lekken doordat er tijdens de open een verbinding wordt gemaakt met de liquorruimte. Vele neurochirurgische hersentumor operaties vinden plaats binnen de liquorruimte. Meestal lukt het om na afloop van de operatie door het zorgvuldig sluiten van de wond lekkage van hersenvocht te voorkomen. Liquor lekkage is echter soms niet te vermijden, bijvoorbeeld als delen van de hersenvliezen die de liquorruimte omsluiten bij de operatie moeten worden verwijderd. De gemaakte open verbinding heeft het risico dat een infectie de liquorruimte bereikt. Er ontstaat dan hersenvliesontsteking, meningitis genoemd. Dit is een ernstige toestand die door behandeling met antibiotica wel bijna altijd snel te genezen is. Voor de effectieve behandeling van liquor lekkage moet soms het vocht via een drain in de rug (een lumbale drain) worden afgevoerd terwijl de patiënt dan bedrust moet houden. In sommige gevallen is een operatie noodzakelijk om de lekkage op te kunnen heffen.

Functie-uitval

Na een hersentumor operatie kan er soms sprake van uitval zijn, die in veel gevallen slechts tijdelijk zijn. Uitval van hersenfuncties na een operatie zoals verlamming zijn veelal het gevolg van oedeem van het zenuwweefsel. De functie herstelt zich heel vaak weer wanneer het hersenoedeem na enige dagen verdwenen is. Helaas is er soms sprake van blijvende functie-uitval door onherstelbare schade aan de hersenen.

Nabloeding in het operatiegebied

Nabloedingen dragen net als hersenoedeem het risico mee dat ze een beknelling/inklemming van vitale hersengebieden kunnen geven. Hoewel de neurochirurg aan het einde van de operatie met zijn operatieassistenten de uiterste zorg zal besteden aan de bloedstelping, kunnen toch nabloedingen optreden. Soms is het dan nodig om via een nieuwe operatie de bloeduitstorting te verwijderen en de nabloeding tot stilstand te brengen. Er zijn patiënten die op doktersvoorschrift regelmatig bloedverdunners gebruiken, bijvoorbeeld na een voorafgaande trombose of TIA (doorbloedingsstoornis van de hersenen) of wegens hartafwijkingen. Omdat hierdoor tijdens of na een hersenoperatie bloedingen kunnen ontstaan die levensbedreigend kunnen zijn, dient het gebruik van bloedverdunners onvoorwaardelijk aan de behandelende arts (neurochirurg en/of anesthesist) te worden gemeld en zal men daar ook naar vragen. Dit zodat het gebruik tijdig kan worden gestaakt of het effect geneutraliseerd wat vaak in goed overleg met de arts die het gebruik heeft voorgeschreven gebeurt. Een ander middel dat de bloedstolling ernstig blijkt te verstoren is Aspirine, het gebruik van Aspirine dient daarom ongeveer 10 dagen voor de operatie gestopt te zijn.

Epilepsie

Epilepsie kan zowel als gevolg van de hersentumor als gevolg van de operatie optreden. Als dit het geval is voordat een operatie plaatsheeft, dan heeft de patiënt daar waarschijnlijk al anti-epilepticamedicijnen voor gekregen van de neuroloog. Deze medicijnen moeten worden door gebruikt na de operatie. Epilepsie kan ook als nieuw verschijnsel optreden na de operatie, dan zullen er medicijnen tegen epilepsie moeten worden gestart.

Overige mogelijke complicaties

Trombose: Operatiepatiënten en patiënten die langdurig in bed liggen hebben een verhoogd risico om trombose in de aders van het bekken en de benen te ontwikkelen (trombosebeen). Ter preventie van trombose krijgen alle operatiepatiënten een vorm van trombosepreventie, bijvoorbeeld het antistollingsmiddel fraxiparine en/of speciale elastische kousen. Het risico van een trombosebeen is dat een stolsel losraakt en de grote bloedvaten in de longen verstopt waardoor er embolie optreedt.

Longontsteking: Bedlegerige patiënten hebben een verhoogde kans op longontsteking omdat ze niet goed door kunnen ademen. Ook patiënten met longaandoeningen hebben hierop een verhoogd risico. Om dit te voorkomen worden ze meestal met fysiotherapie behandeld. Het lukt gelukkig bijna altijd om de longontsteking te genezen.

Blaasontsteking: patiënten die een operatie ondergaan van meer dan 2 uur krijgen een katheter om de urine af te voeren tijdens de operatie. In veel gevallen wordt deze katheter ook na de operatie nog enige tijd gebruikt. Een blaasontsteking kan snel optreden bij het gebruik van een katheter. Daarom zal een katheder liefst zo snel mogelijk worden verwijderd. Als een blaasontsteking optreedt, dan is dit meestal wel weer eenvoudig met antibiotica te bestrijden.